Ga naar hoofdinhoud

uitwerking

Aan de orde komen diverse beleidsvoornemens. En evaluaties daarvan met de betrokken ministeries Financiën (FIN) en Sociale zaken en werkgelegenheid (SZW). Voor de uitvoering van de beleidsvoornemens met betrekking tot de vlaktaks toepassing zijn de volgende aandachtspunten van belang.

  • Coördinatie over het beleid en de uitvoering van betrokken ministeries Financiën (FIN) en Sociale Zaken en werkgelegenheid (SZW).
  • Beleid en uitvoering moeten gelijk optrekken.
  • Een tijdspad moet worden uitgezet met de stappen die daarvoor gezet moeten worden.
  • Concept beleidsplannen met de uitvoering van het kabinet wordt aan de orde gesteld in vaste kamer van de Tweede Kamercommissies FIN en SZW.

Tijdsplan en stappenplan.

1e tijdvak

Stap 1. Invoering vlaktaks (tarief 49,50%) en belastvrije voet van € 20.000.
Stap 2. Het laten vervallen van de heffingskortingen: algemene heffingskorting, arbeidskorting, ouderenkorting, alleenstaanden ouderenkorting. Zie tabel 3.
Stap 3. De verandering in de premie inning van de basis Zorgverzekeringswet (Zvw) collectief bij het ministerie FIN. Zie tabel 4.
Stap 4. De ongedaan making van de verplichte eigen bijdrage Zvw bij verzekerden. Wordt collectief bij ministerie FIN gedeclareerd. Zie tabel tabel 4.
Stap 5. De premies volksverzekeringen AOW, Anw en Wlz zijn een integraal onderdeel geworden van de vlaktaks. Er vindt dus voor de premieheffing volksverzekeringen geen afzonderlijke eindheffing meer plaats.
Stap 6. Voor de kinderopvang vindt geen kinderopvangtoeslag meer plaats en geen eigen bijdrage meer van de ouders. Zie tabel 9.

2e tijdvak

Stap 7. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) krijgt de eerste taken overgedragen. De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) gaat van de Belastingdienst-toeslagen over naar de SVB. Zie tabel 3. De Jong gehandicaptenkorting (waaronder WA Jong) wordt ook door de SVB afgehandeld via de leeftoelage. Zie tabel 3 en 11. Het kindgebondenbudget wordt afgehandeld door het SVB.
Stap 8. De fiscale aftrekbaarheid van de ingehouden pensioenpremies vervalt. Dit kan direct ingaan, doch uiterlijk op het moment dat voor de bedrijfspensioenen de Pensioenwet van kracht wordt. Is ook van toepassing voor de arbeidsongeschiktheidsuitkering (AOV). Zie pagina pensioen.
Stap 9. De particulier betaalde pensioen inleg en premies zijn niet meer fiscaal aftrekbaar. De lijfrente inleg voor pensioen en andere zaken zijn eveneens niet meer fiscaal aftrekbaar. De uitkeringen van pensioen en lijfrente zijn fiscaal belast. Zie tabel 7.
Stap 10. De eigen woning gaat over naar box 3. Box 1 is alleen voor inkomen. De hypotheekrenteaftrek vervalt in box 1. Dit geldt ook voor de andere onderdelen, waaronder erfpacht. Voor de hypotheekrenteaftrek is een overbruggingsregeling van toepassing voor een periode van 7 jaar afbouwend voor 2 inkomensgroepen. Zie tabel 5 en 6.

3e tijdvak

Stap 11. De ondernemersaftrek zelfstandigen en startersaftrek (2) komen te vervallen bij de invoering van de vlaktaks. In de tussenliggende periode vanaf de invoering van de vlaktaks kan de nog niet gerealiseerde ondernemersaftrek nog worden vereffend. Nieuwe aftrekposten is niet meer mogelijk toe te passen in de aangiften vlaktaks.
De MKB winstvrijstelling wordt verlaagd van 14% naar 12%. Zie tabel 8.
Stap 12. De meewerkaftrek voor een meewerkende partner wordt omgezet in een uitbetaald loon. Zie tabel 8.
Stap 13. De speur- en ontwikkelingsaftrek blijft gehandhaafd. Daarbij na te gaan of dit via een subsidie door het ministerie van Economische Zaken (EZ) kan worden overgenomen. Zie tabel 8.
De stakingsaftrek met de mogelijkheid van een lijfrentestorting blijft gehandhaafd. Bij een herstart zou een nieuwe stakingsaftrek weer mogelijk moeten zijn. Zie tabel 10.
Stap 14. Giftenaftrek komt te vervallen. Zie tabel 10.
Stap 15. Specifieke zorgkostenaftrek gaat niet meer via de aangifte inkomstenbelasting. Bij de Sociale Verzekeringsbank kan via de leeftoelage een tegemoetkoming voor de genoemde zorgkosten worden ingediend. Zie tabel 10 en 11.
Dit is ook van toepassing voor uitgaven gedaan voor inwonende gehandicapte zorgafhankelijke personen. Zie tabel 10 en 11.
De partneralimentatie wordt niet meer als een aftrekpost enerzijds en als inkomen anderzijds aangemerkt. Zie tabel 10.

4e tijdvak

Stap 16. Voor de twee ‘vangnetten’ is onder verantwoordelijkheid van het ministerie van SZW de Sociale verzekeringsbank de uitvoerder van de leeftoelage en de woontoelage. De specifieke mogelijkheden voor een aanvraag voor een tegemoetkoming middels van een leeftoelage staan genoemd in tabel 11 en 12. Ook hoe een aanvraag wordt getoetst en behandeld.
Stap 17. De woontoelage is met name voor de aanvragen voor een huurtoelage bij woningen in de sociale huursector. Er zijn meer aanvragen in woonsituaties mogelijk. Verder wordt in tabel 12 aangegeven hoe een aanvraag wordt getoetst en behandeld.

Door het wegvallen van belastingdiensttoeslagen en het opzetten van de sector leef- en woontoelage zal al tijdig moeten worden gestart om deze overstap en organisatiewijzigingen zowel voor personeel als de overheidsorganisaties goed voorbereid daarvoor operationeel gereed te maken. Bij een goede voorbereiding kan het vrij komende personeelsbestand tijdig instromen in de nieuwe organisatie. Daarbij speelt niet alleen de standplaats een rol maar ook het salaris en andere emolumenten. Zij mogen in deze geen belemmering vormen in deze overstap.

Van de voorwaarden en inhoud van de twee vangnetten leef- en woontoelage zal het beleid in de politiek verder vorm moeten worden gegeven.